De grootste belastingroof aller tijden. ‘De staat was de vijand’

Benjamin Frey (niet zijn echte naam) was kroongetuige in een grootschalige dividendroof, waarnaar verschillende Europese kranten onderzoek deden. Hij vertelt hoe hij verzeild raakte in deze ‘georganiseerde misdaad in krijtstreeppak’. ‘We keken uit het raam en dachten: Wij zijn de slimsten, wij zijn genieën, en jullie zijn allemaal sukkels.’

Keuze uit ons archief

De belastingschandalen blijven elkaar opvolgen. Zo deden in 2018 een aantal Europese media, waaronder Follow the Money, onderzoek naar de grootste dividendroof ooit: in verschillende landen van Europa werden middels uitgekookte financiële trucs miljoenen en miljarden aan de staatskas onttrokken. Voor het eerst werd ook een belastingrover bereid gevonden als kroongetuige op te treden. Deze ‘Benjamin Frey’ verlinkt uit angst voor gevangenisstraf zijn mededaders en zaait daarmee paniek in de bankenwereld. ‘Zelfs onder belastingrovers bestaan er taboes – uitsluitend risicobeperkende, geen morele.’

De verhoorruimte in het kantoor van de recherche in Düsseldorf is ongeveer 8 vierkante meter groot. Voor de ramen zitten tralies, het glas is zo ondoorzichtig dat je niet naar buiten kunt kijken. In het midden van de ruimte staat een grote tafel. Daar wachten twee hoofdcommissarissen en drie officieren van justitie op Benjamin Frey. Het vijftal doet gerechtelijk onderzoek naar de grootste belastingroof aller tijden, een coup van de eeuw die alleen de Duitse staat al vele miljarden euro’s heeft gekost.

De hoogintelligente maar nogal ingetogen Frey [niet zijn echte naam] is een van de kroongetuigen. Hij behoorde tot de inner circle van de belastingrovers en heeft aan de transacties ten koste van de Duitse gemeenschap ongeveer 50 miljoen euro verdiend. De staat, zo zegt hij, was de vijand. Nu zit hij in de verhoorruimte tegenover degenen die hem vervolgen.

Het is 7 november 2016. ‘Goed dat we elkaar persoonlijk leren kennen’, zegt Anne Brorhilker, de officier van justitie die het onderzoek leidt. Zo zal Frey het zich later herinneren. Brorhilker is begin veertig, maar ziet er jonger uit. Stel je een soort vrouwelijke Columbo voor: makkelijk te onderschatten, maar moeilijk af te schudden. Al jaren onderzoekt de officier van justitie het omstreden dividendstrippen, ofwel de zogenoemde CumEx-transacties – waarbij dividendbelasting (soms meermalen) wordt teruggevorderd, terwijl die niet is betaald.

Zij jaagt nu op de bankiers, advocaten en adviseurs die vermoedelijk een steentje bijdroegen. Over de hele wereld heeft ze kantoren en woningen laten doorzoeken, ook die van Benjamin Frey. Gemeten aan het aantal verdachten zijn haar onderzoekingen uitgegroeid tot wat wellicht het grootste gerechtelijk onderzoek aller tijden is op het gebied van belastingrecht.

De kroongetuige

Wat Brorhilker tot dan toe ontbreekt, is een kroongetuige die zich uit de orde van de belastingrovers losmaakt. Alleen als ze Frey aan het praten krijgt, kan ze de schuld van de anderen overtuigend bewijzen. Frey, wiens hele leven in het teken van geld heeft gestaan, weet dat hij zich dit keer niet kan vrijkopen. Er hangt hem een gevangenisstraf van minstens zeven jaar boven het hoofd.

Telkens weer wordt hij opnieuw verhoord, dagenlang, meer dan twaalf keer. Later zal hij zeggen dat dit de ergste tijd van zijn leven is geweest. Eerst geeft hij alleen toe wat hij wel moet toegeven, maar na een half jaar breekt hij en legt hij een volledige bekentenis af. Frey is de eerste belastingrover die uit angst voor gevangenisstraf zijn mededaders verlinkt en daarmee paniek in de bankenwereld zaait. Met als voordeel dat meerdere andere belastingrovers ook kroongetuige bij Brorhilker willen worden.

Vorig jaar berichtten Die Zeit, Zeit Online en het ARD-programma Panorama al over CumEx- en CumCum-transacties. Ze beschreven hoe bankiers, adviseurs en advocaten decennialang de Duitse staatskas plunderden. En hoe de overheid een andere kant opkeek, totdat een onverzettelijke vrouwelijke ambtenaar op het hoofdkantoor van Belastingen weigerde het geld uit te betalen.

Toen ging het balletje rollen. Journalisten uit Denemarken zeiden dat hun land iets soortgelijks was overkomen, dé opmaat tot een internationale samenwerking waaruit bleek dat de financiële goochelaars zich niet alleen aan de Duitse staat tegoed deden, maar de staatshuishouding van half Europa hebben afgetapt.

Onder leiding van het onderzoekscentrum Correctiv hebben negentien media uit twaalf landen de handen ineengeslagen om gezamenlijk de volledige omvang van deze belastingroof te onderzoeken. Naast Die Zeit, Zeit Online en Panorama doen ook persbureau Reuters, de Franse krant Le Monde, de Italiaanse krant La Repubblica en het Spaanse onlinemagazine El Confidencial {en het Nederlandse journalistencollectief Follow the Money] mee, evenals de publieke tv-kanalen uit Denemarken, Zweden en Finland.

Samen hebben ze meer dan 180.000 pagina’s aan vertrouwelijke documenten, interne rapporten van banken en advocatenkantoren en e-mails doorgespit. Er werden talloze interviews met insiders gemaakt en eindeloos undercoveronderzoek gedaan in de financiële sector. De resultaten zijn vorige maand gepubliceerd onder de naam ‘The CumEx-Files’.

‘Mijn hebzucht was zo groot dat ik me niet met moraal kon bezig houden’

In nog minstens tien andere Europese landen hebben de financiële oplichters hun slag kunnen slaan. Enkele gevallen zijn nog niet publiekelijk bekend. Maar de schade als gevolg van CumEx- en CumCum-transacties bedraagt nu al minstens 55,2 miljard euro. ‘Het gaat om de grootste belastingroof in de Europese geschiedenis’, zegt professor fiscaal recht Christoph Spengel van de Universiteit van Mannheim.

Hoe is het mogelijk dat de belastingrovers het ene land na het andere plunderen zonder dat iemand hun een halt toeroept? En wat zijn dat voor transacties, waarbij binnen enkele dagen voor miljarden euro’s aan aandelen heen en weer wordt geschoven?

De wereld van de belastingrovers verkennen lijkt op diepzeeduiken: hoe dichter je bij de bodem komt, hoe ongelofelijker de creaturen zijn die je daar tegenkomt.

De daders zijn als roofvissen die maar één keer toehappen en dan voorlopig verzadigd zijn. Verder naar beneden kom je bijzonder agressieve schepsels tegen die uitgekookte CumEx-transacties sluiten en blijven happen. Daar in de diepte, in duistere wateren, weten ze zich razendsnel te vermenigvuldigen. Intussen zijn er ook mengvormen ontstaan, agressieve mutaties, waarvoor de naam nog moet worden uitgevonden. Wat al deze constructies gemeen hebben, is dat ze een collectief doel nastreven: belastinggeld uit de staatskas sluizen.

Om Benjamin Frey aan het praten te krijgen, maakt officier van justitie Brorhilker gebruik van een methode die vooral geliefd is bij de Amerikaanse FBI: onderzoekers verzamelen belastend materiaal tegen individuele deelnemers en zetten hem of haar daarmee onder druk. De keuze is dan aan hen: of ze worden kroongetuige en komen er redelijk van af als ze alles bekennen, onder de voorwaarden dat ze hun buit teruggeven en hun mededaders verklikken, of ze worden zelf aangeklaagd.

Al op de tweede verhoordag krijgt Frey met deze methode te maken. Meteen bij het begin confronteren Brorhilker en haar collega’s hem met documenten die zijn uitspraken van de vorige dag in twijfel trekken. Ze hebben hem ‘flink bang gemaakt’, zal Frey later zeggen. In februari 2017 vliegt hij zelfs voor drie dagen naar Dubai om andere deelnemers aan de illegale transacties over te halen te gaan praten.

Uit Freys verklaringen blijkt dat Duitsland slechts een van de vele slachtoffers is. Voor Brorhilker ligt de focus van haar onderzoek echter alleen op dat land, ze is tenslotte een Duitse officier van justitie. Maar de journalisten van het gezamenlijke onderzoeksteam willen Frey graag spreken om te horen of hij wellicht meer weet. Na lange onderhandelingen komt het tot een ontmoeting. Op voorwaarde dat zijn echte naam niet wordt genoemd.

Europese rooftocht

In een Keulse loft geeft Benjamin Frey het eerste uitgebreide interview aan Die Zeit. We zitten tegenover een 47-jarige man: haar in een scheiding, glad geschoren, hoog voorhoofd, volle lippen, bril. Maar het gezicht waarnaar we kijken is niet het zijne. Frey draagt een masker dat speciaal voor het interview, dat op camera wordt vastgelegd, is gemaakt door twee maskermakers. De mimiek, zijn lach, is echt, de rest onherkenbaar.

Frey zegt dat hij bang is voor zijn vroegere handlangers. Daarom wil hij niet herkend worden. Belangrijker nog is dat hij een nieuw bestaan probeert op te bouwen als – bonafide – advocaat. Zijn verleden mag dat niet bezoedelen. Het interview duurt twee volle dagen. Frey zal daarin ook verklaren hoe het zover kwam dat niet alleen Duitsland maar heel Europa werd geplunderd. En hij zal namen noemen: van belastingdieven die nog altijd op vrije voeten zijn.

Freys verhaal begint in de provincie. Daar waar hij opgroeide, was men ‘arbeider, boer of werkloze’. Maar de jonge Frey wil daar geen genoegen mee nemen. Hij gaat rechten studeren en haalt zijn bul cum laude. Dan vliegt hij naar Londen, op uitnodiging van een groot advocatenkantoor, naar het schitterende Victoria en Albertmuseum waar ze hun jaarvergadering houden. Ze willen Frey contracteren. Bijna tweeduizend advocaten uit de hele wereld zitten aan lange tafels te midden van de schatten van het museum. Als Frey naar boven kijkt, ziet hij de sterren stralen door de grote koepel. Het is 2001.

Kort daarop gaat hij aan de slag bij het kantoor, werkt iedere dag twaalf, soms wel veertien uur. Vaak gaat het erom de belastingdruk van rijke klanten te verminderen. ‘We hadden allemaal dit beeld voor ogen: de staat is de vijand’, zegt Frey. Als hij op een bepaald moment bedenkt dat de staat wel zijn opleiding heeft gefinancierd, drukt hij die gedachte weg. Twijfels zouden zijn carrière alleen maar schaden. ‘Mijn hebzucht was zo groot’, zegt hij, ‘dat ik me niet met moraal kon bezighouden.’

Dan, in 2004, leert Frey Hanno Berger kennen. Berger geldt als de begaafdste belastingtiller van Duitsland. Frey, de jongen uit de provincie, bewondert hem om zijn intellect, zijn humanistische vorming, hij is immers zoon van een dominee, en om zijn kennis van het Grieks en Latijn. Frey was, volgens een gerechtelijk onderzoek in 2006, vanaf het begin betrokken bij CumEx-transacties die Berger op touw zette.

Samen werkten ze op de tweeëndertigste verdieping van de Skyper, een glazen toren in het bankendistrict van Frankfurt. ‘Als je naar beneden kijkt, naar de straat, naar het Taunuspark, zie je alleen maar kleine mensjes’, zegt Frey. ‘Dat was de wereld, de gewone wereld, waar wij niet meer bij hoorden. Wij zaten ver daarboven. Wij keken uit het raam en dachten: Wij zijn de slimsten, wij zijn genieën, en jullie zijn allemaal sukkels.’

CumEx is in hun ogen een geniale zet. Het gaat er niet meer om belasting te ontduiken, tot nul te reduceren, maar om geld binnen te halen van mensen die zo stom zijn wel belasting te betalen. Aanvankelijk valt het de Duitse staat niet eens op dat de belastingkas wordt leeggehaald. In 2007 wordt pas de eerste poging ondernomen een roof te verhinderen, maar Berger en Frey zijn die te slim af, ze vinden een nieuwe route om de staat op te lichten. De constructies worden steeds ingewikkelder. Vanaf 2011 schrapen ze vele miljoenen bij elkaar met Amerikaanse eenmanspensioenfondsen, die handelen in aandelenpakketten ter waarde van miljarden euro’s. Het is een krankzinnig spel.

De CumEx-files

De CumEx-Files is de naam van het onderzoek van een samenwerkingsverband van negentien mediaorganisaties in twaalf landen, waaronder het Nederlandse onlinejournalistencollectief Follow the Money. Net zoals bij de Panama Papers blijven er verhalen gepubliceerd worden uit een gelekt dossier, in dit geval een van 180.000 pagina’s, waaruit valt op te maken hoe een samenzwering van financiële whizzkids, bankiers en andere financiële experts Europese overheden tussen 2001 en 2016 van tientallen miljarden euro’s beroofde. De Duitse overheid was met bijna 32 miljard euro het grootste slachtoffer, Frankrijk zag 17 miljard in rook opgaan, Italië 4,5 miljard en Denemarken 1,7 miljard.

Er is één bron van ergernis: CumEx-transacties zijn in Duitsland maar één keer per jaar mogelijk, rondom de dag waarop aandeelhouders hun dividenden ontvangen; in Duitsland is dat meestal begin van het jaar. ‘We hadden een duivelse machine uitgevonden’, zegt Frey, ‘maar die werkte altijd alleen maar in het voorjaar.’ En dat was te weinig. ‘Dus kwamen we op het idee een machine te creëren die het hele jaar door werkte, en dat kon alleen met aandelen uit landen waar dividenden tot wel vier keer per jaar worden uitgekeerd’.

Daarmee werd, volgens het samenwerkingsverband van mediaorganisaties, het begin gemarkeerd van een grote Europese rooftocht. België, Denemarken, Oostenrijk, Noorwegen en Zwitserland bevestigen officieel, of in achterkamertjes, op de hoogte te zijn van geplande en uitgevoerde CumEx-transacties in eigen land. Ook Spanje en Finland vinden documenten waaruit duidelijk wordt dat CumEx-transacties op stapel stonden. In Spanje willen de autoriteiten bevestigen noch ontkennen dat het ook daadwerkelijk tot dubbele teruggaven is gekomen. De Finse autoriteiten gaan ervan uit dat CumEx bij hen geen probleem vormt. Enkelvoudige teruggaven (CumCum) komen in beide landen voor.

Enkelvoudige teruggaven – dat klinkt ongevaarlijk, maar is het niet. Ook in Frankrijk, Italië en Nederland richtten dat soort teruggaven enorme schade aan. Het spel functioneert in de kern zo: binnenlandse aandeelhouders hebben recht op een belastingteruggave, buitenlandse aandeelhouders niet. Banken hebben daar een verdienmodel van gemaakt. Ze kopen de aandelen van buitenlandse klanten kort voor de uitbetaling van de dividenden op en verkopen ze direct daarna terug.

De zodoende mogelijk gemaakte belastingteruggave wordt met de klant gedeeld en de staat heeft het nakijken. CumCum-transacties zijn op zich niet illegaal. Maar als een belastingvoordeel het enige doel is, geldt dat toch als een vorm van misbruik. Duitse, Franse en Italiaanse autoriteiten zijn het daarover eens.

Twee varianten

Voor professor Spengel zijn CumEx en CumCum twee varianten van zuiver fiscaal gemotiveerde transacties. ‘De bankiers, handelaren en juristen hebben de belastingsystemen van de afzonderlijke landen geanalyseerd, gekeken wat mogelijk is en vervolgens de daarbij passende structuren opgezet.’ Afgelopen jaar berekende Spengel dat het de Duitse fiscus tussen 2001 en 2016 minstens 31,8 miljard euro heeft gekost. Frankrijk zag ten minste 17 miljard in rook opgaan, Italië liep 4,5 miljard mis, Denemarken 1,7 miljard en België 201 miljoen euro. Voor 
de andere getroffen landen zijn er geen officiële 
cijfers beschikbaar.

Hoe en wanneer de transacties zich over Europa 
hebben uitgebreid, is niet eenvoudig te reconstrueren. CumCum-transacties werden in Duitsland, Frankrijk en Italië al in de jaren negentig uitgevoerd. CumEx-transacties kwamen al vanaf 2001 voor in Duitsland en een paar jaar later ook in Zwitserland (2006) en Denemarken (2012). Zwitserland zorgde 
er in 2008 voor dat het onmogelijk werd CumEx-transacties uit te voeren. In Duitsland lukte dat 
pas in 2012. In Denemarken gaan de onderzochte gevallen door tot in 2017.

Bijna alle banken deden op de een of andere manier mee aan de transacties, onder meer Deutsche Bank en Commerzbank, evenals grote Amerikaanse 
investeringsbanken. Veel banken hadden afdelingen waarvan de medewerkers intern tax traders werden genoemd. Het fenomeen kwam in de hele branche voor.

Frey, de kroongetuige, noemt de transacties ‘georganiseerde misdaad in krijtstreeppak’. ‘Iedereen die krediet leverde, die als aandelenhandelaar meewerkte, die als depotbank alleen maar aandelen in 
bewaring had, iedere belegger die geld ter beschikking stelde, wist in feite dat de opbrengsten uit de belastingpot werden gehaald.’

Centraal in de Europese rooftocht staat een groep Londense aandelenhandelaars. Een van hen is 
Salim Mohamed. Eerst werkte hij voor investeringsbank Goldman Sachs, later trad hij in dienst bij een hedgefonds. Mohamed werkte ook samen met Berger en Frey. In het begin kunnen ze het goed met elkaar vinden. Maar als Mohamed in 2009 op eigen houtje verdergaat en volgens Frey aanspraak maakt op het grootste deel van de winsten, raken ze gebrouilleerd. Berger noemt Mohamed daarna alleen nog maar 
‘die smerige Indiër’. Dat staat in een verklaring van Frey tegenover Brorhilker. Berger ontkent dat, net als de samenwerking met Mohamed. Er zouden slechts ‘een of twee gesprekken’ zijn geweest.

Met zijn firma EQI handelde Mohamed niet alleen 
in Duitse, maar ook in Spaanse, Oostenrijkse, 
Belgische en Finse aandelen, blijkt uit het onderzoek. In 2010 bijvoorbeeld kocht hij via een firma in 
Malta 6,9 miljoen aandelen van het Spaanse energiebedrijf Endesa en een jaar later via een Iers fonds 10,6 miljoen aandelen van Telekom Austria AG. In alle vijf landen verzocht het Ierse fonds in het jaar 2011 om belastingteruggaven. Waarom zou je maar één land beroven als het ook in andere lukt?

De wereld van belastingrovers verkennen lijkt op diepzeeduiken: hoe dichter je bij de bodem komt, hoe ongelofelijker de creaturen zijn

Als we bij de Europese Commissie informeren of CumEx-, CumCum- of verwante transacties op 
Europees niveau zijn besproken, luidt het antwoord: ‘Dat valt onder de bevoegdheid van de nationale 
staten.’ Maar hun fiscale instanties denken vooral aan zichzelf en communiceren nauwelijks met elkaar. Het principe is: wie iets weet, vertelt het niet verder. Wie er niet naar vraagt, krijgt niets te horen.

De Bondsregering ziet CumEx tot op heden als een Duits probleem. Michael Sell, die deze zomer, op het moment dat hij een gesprek voerde met de journalisten, nog de leiding had over de afdeling Belastingen van het ministerie van Financiën, maar inmiddels met pensioen is, acht de transacties zonder meer illegaal; hij heeft het zelfs over ‘georganiseerde 
criminaliteit’. Maar in zijn ogen is het probleem na een wetswijziging in 2012 opgelost. Het systeem 
van afdracht van de couponbelasting werd destijds zodanig veranderd dat CumEx niet meer mogelijk zou zijn.

In Sells kantoor hangt een grote wereldkaart waarop alle landen waarmee Duitsland een verdrag ter voorkoming van dubbele belasting 
heeft oranje gekleurd zijn. Dat veel van die landen ook getroffen zouden kunnen zijn, is nooit in hem opgekomen. Later zal het ministerie citaten uit het gesprek met Sell niet autoriseren. Duidelijk wordt dat vrijwel niemand de Europese dimensies van CumEx inschatte.

De enige organisatie die zich inspant voor een 
systematische internationale uitwisseling is de OESO. Sinds 2007 houdt de organisatie van industrielanden een ‘Aggressive Tax Planning Directory’ bij. Via deze databank kunnen de lidstaten belastingtrucs melden aan alle andere OESO-landen. Maar, zegt Achim Pross, chef van de betreffende afdeling, dat functioneert alleen als die databank ook regelmatig gelezen en aangevuld wordt. Als je nu zoekt op ‘CumEx’, 
komt er maar één match uit Duitsland naar voren en die dateert van 2015.

Het ministerie van Financiën weet inmiddels al dertien jaar van CumEx-praktijken en heeft er sinds drie jaar een stokje voor gestoken. Het ministerie ontkent desgevraagd niet dat het 
pas in 2015 aan de bel heeft getrokken, maar deelt 
in algemene bewoordingen mee dat men ‘in het 
verleden diverse staten, onder andere op hun 
verzoek, over het procedé bij CumEx-transacties heeft geïnformeerd’. Voor de Europese partners 
komt de waarschuwing veel te laat. De buit is dan al geïncasseerd.

Steeds nieuwe creaties

Er komen ook meldingen uit andere landen: Ierland, Spanje en zelfs het verre Australië. Verwarrend is dat men daar vaak met andere begrippen of varianten werkt, wat het lastig maakt de transacties te herkennen en te verhinderen. Er ontstaan steeds nieuwe creaties. In de verhoren van Brorhilker komt Frey te weten welke methode Salim Mohamed gebruikte. Daar was hij, naar eigen zeggen, ‘wel vijf minuten sprakeloos van. Ik was gewoon verbluft’.

CumEx-deals werken over het algemeen zoals goud zoeken: er moeten enorme hoeveelheden worden omgezet om iets substantieels over te houden. Er is dus enorm veel kapitaal nodig, er moeten miljoenen of zelfs miljarden euro’s van banken worden geleend. Salim Mohamed vond een andere weg: looping. Simpel gezegd worden aandelen daarbij zo snel verhandeld 
in een kringloop, dat het lijkt alsof er veel meer zijn dan in werkelijkheid het geval is. Met één aandeel kun je op die manier drie, vijf of soms wel tien belasting-bewijzen genereren. Een van de verdachten verklaart tegenover Brorhilker dat looping vanaf 2009 is ingezet bij transacties op kosten van Duitsland.

Mohamed zelf laat niets van zich horen en reageert op geen enkele poging om met hem in contact te komen. Het schijnt hem goed te gaan. In 2015 zette hij een respectabele tijd neer in een hardloop- en wielrenwedstrijd. Hij is ook te traceren op de website van de Esher Church School, een kerkelijke school 
in het graafschap Surrey, iets ten zuidwesten van Londen. Mohamed, de belastingrover, is er een van de stafleden.

Niet een van de verdachten zit tot dusver in de gevangenis. De bedoeling is dat daar verandering in komt. Brorhilkers gerechtelijke onderzoeken betreffen meer dan honderd personen, onder wie Salim Mohamed. Nog dit jaar kan Brorhilker de eerste 
aanklachten indienen.

De officier van justitie heeft echter een tegenspeler. Vanuit een Zwitsers bergdorp werkt deze aan de juridische verdedigingsstrategie die haar uiterst nauwkeurige, jarenlange arbeid met één grote klap kan vernietigen. Het is Hanno Berger, de vroegere mentor van kroongetuige Frey. Na een doorzoeking van zijn kantoor, eind 2012, heeft hij zich teruggetrokken in Zwitserland.

Samen met zijn vrouw en een kleinkind woont hij pal tegenover een skilift en hij straalt uit dat hij volledig in zijn recht staat. Aan de houten eettafel doceert Berger eindeloos over de vraag waarom de CumEx-transacties legaal waren. Die waren niet het probleem, dat was de staat die mensen als hij ten onrechte wil vervolgen. Een ‘vernietigingsveldslag’ volgens hem. Ook naar Berger loopt al jaren een gerechtelijk onderzoek.

Had Duitsland tijdig gewaarschuwd, dan waren 
de Denen misschien helemaal niet beroofd

Hij maakt een vermoeide indruk. De verdedigingsveldslag is zijn levenswerk geworden. In eerste instantie draait deze om een van die zeldzame Amerikaanse eenmanspensioenfondsen die voor CumEx-transacties werden gebruikt, het zogenaamde KK Law Firm Retirement Plan Trust. In 2011 werd belastingteruggave gevraagd bij het centrale belastingkantoor in Bonn (BZST). Daar bestond algauw de verdenking dat het mogelijk om bedrog ging. De aanvraag werd afgewezen. Maar KK Law liet het er niet bij zitten en eiste een teruggave van 28 miljoen euro. Volgens BZST werd dat bedrag nooit afgedragen. Die rechtsvordering is niet alleen hondsbrutaal, het is zelfs een poging het hele strafrechtelijke onderzoek van Brorhilker om zeep te helpen.

Berger wilde meerdere eigenaars van eenmanspensioenfondsen ertoe 
bewegen dergelijke vorderingen in te stellen. De meesten zagen daar niets in. Een van hen noemde Berger (in een afgeluisterd telefoongesprek) een ‘klootzak’. Maar KK Law gaat door. 
Het proces loopt enorm in de papieren, er moeten topadvocaten worden 
ingehuurd. Een ander fonds, dat over miljoenen beschikt, wordt in het leven geroepen om de verdediging mee te financieren.

Volgens insiders hebben meerdere belastingrovers daaraan meebetaald. Als KK Law zou winnen, 
zo ziet Berger het, dan zou CumEx door een rechtbank legaal worden verklaard en zou iedereen vrijuit gaan. Zo ziet ook professor fiscaal recht Spengel 
het: ‘Als KK Law inderdaad gelijk zou krijgen, betekent dat een bittere tegenslag voor de strafrechtelijke vervolging van CumEx-transacties.’

De uitspraak wordt waarschijnlijk begin volgend jaar gedaan. Dan is 
de strijd gestreden voor de oude CumEx-garde. Maar wat is er van hun leerlingen geworden? Doen zij nog altijd zulke zaken?

Young gun

Om dat uit te vinden, veranderen twee van de journalisten in Felix en Otto. Felix, zo luidt het verhaal, is de arrogante telg uit een Duitse miljardairs-familie, die om fiscale redenen in Zwitserland woont. Hij is wat in die kringen een young gun heet: hij wil zijn familie bewijzen dat hij zaken kan doen, miljoenentransacties met fabelachtige rendementen. Zijn oudere halfbroer Otto is altijd sceptisch, hij waakt met argusogen over het vermogen van de familie.

Met CumEx en CumCum hebben Felix en Otto een paar jaar geleden goed verdiend. Nu willen ze weer gaan meedoen en een miljoenenbedrag van drie cijfers investeren. Via een brievenbusfirma en een tip uit Dubai nemen ze contact op met een handelaar. Ze spreken af elkaar in Londen te ontmoeten.

Voor 2500 euro huren ze een suite op de zevenen-dertigste verdieping van wolkenkrabber The Shard. Door het raam, dat tot de vloer doorloopt, kun je de Tower Bridge en St Paul’s Cathedral zien. Felix draagt een Breitling-horloge. Otto heeft zich bij een peperdure herenmodezaak in het pak gestoken. Alles voor de geloofwaardigheid.

De afspraak is om 14:00 uur. Om 13:51 uur gaat de telefoon. De handelaar is te vroeg. Felix en Otto laten hem wachten. Ze laten hem vijftien minuten later ophalen door hun assistente, die in werkelijkheid de echtgenote van een collega is. De man die beneden wacht, is een leerling van Sanjay Shah, de koning van de belastingrovers. Shah heeft iedereen overtroffen en met zijn CumEx-transacties bijzonder veel schade berokkend. Denemarken heeft door toedoen van Shah 1,3 miljard euro verloren. Dat is zelfs voor Frey nauwelijks te bevatten.

Hij spreekt bijna eerbiedig over de Brit. Met hem samenwerken hebben Frey en Berger niet eens overwogen: ‘te dubieus’. Zelfs onder belastingrovers bestaan er er taboes – uitsluitend risicobeperkende, geen morele. Shah kende geen grenzen. Frey vindt dat hij ‘autistische trekken’ heeft.

Niets delen

In 2011 komt Shah op het idee om van zijn hedgefonds Solo Capital een soort algemene onderneming voor CumEx-transacties te maken. Dat blijkt uit een veertien pagina’s tellend levensverhaal dat Shah voor zijn raadslieden heeft opgeschreven. Normaal heb je voor CumEx-transacties meerdere partners nodig: bankiers, handelaars, makelaars. Maar Shah wil alles onder één dak bijeenbrengen en niets delen. Hij wordt mede-eigenaar van de Hamburgse bank Varengold. Shah kon, beweert Frey, de belastingbewijzen bijna voor zichzelf uitschrijven.

Shahs aanval op Denemarken begint in 2012, het jaar waarin CumEx in Duitsland onmogelijk wordt gemaakt. Denemarken komt pas drie jaar later in actie, als het door de Britse autoriteiten op de aanval wordt geattendeerd. Had Duitsland tijdig gewaarschuwd, dan waren de Denen misschien helemaal niet beroofd. Shah woont dan allang in Dubai, op de kunstmatig aangelegde eilandengroep Palm Jumeirah. Hij bezit er meerdere huizen, viert feesten op zijn luxejacht en laat popsterren als Lenny Kravitz en Snoop Dogg invliegen voor liefdadigheidsevenementen. ‘De CumEx-aandelenhandelaars zagen hem als een dolle hond’, zegt Frey.

Shah kan Dubai sindsdien niet meer verlaten. Er lopen in Europa tal van gerechtelijke onderzoeken: in Noorwegen, België, Groot-Brittannië en Duitsland. Maar als Frey hem in februari 2017 probeert te bewegen een verklaring af te leggen, begrijpt Shah helemaal niet wat de Duitsers eigenlijk van hem willen. ‘Ik heb toch maar 50 miljoen?’ zegt hij. Tenminste, zo herinnert Frey het zich. Op schriftelijke vragen van journalisten antwoordt Shah niet.

Corporate action trading

In de Londense wolkenkrabber loopt een van Shahs leerlingen de suite binnen. Hij is begin dertig, 
donker getint, draagt een wit overhemd met 
manchetknopen. Hij heeft een gebonden presentatieboekwerk bij zich. Felix, de arrogante miljardairstelg, negeert hem eerst maar eens. Hij doet net alsof hij een medewerker aan de telefoon de mantel uitveegt. Later zullen Felix en Otto de leerling van Shah uithoren.

Direct na de universiteit, vertelt de dertiger, was 
hij begonnen bij de Maple Bank, de bank die de staat door middel van CumEx-transacties honderden 
miljoenen lichter had gemaakt. Bij het hedgefonds van Shah had hij ‘de fijne kneepjes van het vak’ geleerd en een netwerk opgebouwd. Net voordat 
hij in beeld zou kunnen komen bij het justitieel onderzoek, was hij eruit gestapt. En nu stond hij op het punt iets nieuws te te beginnen.

Felix ziet het wel zitten met hem. Zijn familie heeft goede ervaringen opgedaan met CumEx-transacties en is op zoek naar mogelijkheden om die markt opnieuw te betreden. Hij vraagt wat de leerling te bieden heeft. De jongeman bladert door zijn presentatie. ‘Ik zou het geen CumEx of CumCum willen noemen’, begint hij. Maar wat hij beschrijft, klinkt verdacht veel naar de bekende, puur fiscaal gemotiveerde aandelenhandel rondom de dag waarop de dividenden worden uitgekeerd.

Ook Gerhard Schick, afgevaardigde in de Bondsdag en financieel expert van de Groenen, interpreteert de presentatie zo: 
‘Het is een rechtstreekse voortzetting van CumEx 
en CumCum.’ Shahs leerling zelf gebruikt liever een andere naam. ‘Wij noemen het corporate action 
trading.’ De drie belangrijkste markten zijn Frankrijk, Italië en Spanje. Noorwegen, Finland, Polen 
en Tsjechië zijn al getest en vormen ook geen 
probleem. De leerling heeft uitstekende contacten met grote investeringsbanken. Die doen nog 
altijd mee.

Hoe zit het dan met Duitsland, vragen Otto en 
Felix. ‘Zoals het er nu in Duitsland voor staat’, zegt 
de leerling, ‘zou ik nog minstens een jaar wachten. Iedereen kan rustig zaken in Duitsland blijven doen, begrijpt u me niet verkeerd, en dat gebeurt ook. Maar ik zou nog een jaar wachten.’

Maar CumEx- en CumCum-transacties waren in Duitsland toch wettelijk onmogelijk gemaakt?’ 
De leerling van Shah grijnst. ‘Er zijn altijd mogelijkheden om dat te omzeilen.’

Dan wordt er nog een beetje met vaktermen 
gesmeten. Het gaat over counterparties en trading levels. Tot Otto zegt: ‘Kom, laten we niet om te hete brei heen draaien, het geld komt van de belastingen.’

‘Natuurlijk’, zegt de handelaar.

Auteurs: Manuel Daubenberger, Karsten Polke-Majewski, Felix Rohrbeck, Christian Salewski en Oliver Schröm

Recent verschenen