El País
| Madrid | Javier Salas | 04 juni 2025Er heerst een sentiment dat de vernislaag van beschaafdheid snel verdwijnt in tijden van crisis, maar niets blijkt minder waar. Rampen halen juist het goede in de mens naar boven.
Een vliegtuig boort zich in een van de hoogste torens ter wereld. Een ongekende noodsituatie, medewerkers van talloze verdiepingen moeten een voor een via de trap het gebouw verlaten. Hoe zou een dergelijke scène worden uitgebeeld in een Hollywood-film? Krijsende, duwende, egoïstische mensen die anderen vertrappen om zichzelf in veiligheid te brengen. Hoe ging het op 11 september 2001 in New York? In het hele gebouw werd de kalmte behouden die nodig was om vrijwel iedereen er levend uit te krijgen. De mensen die werden geëvacueerd hielpen anderen, droegen gewonde collega’s of leidden onbekenden door donkere trappenhuizen. Bij de ene na de andere ramp blijkt dit de norm: extreem egoïsme komt niet voor, de getroffenen tonen zich eerder menslievend, om niet te zeggen heldhaftig, ten aanzien van onbekenden. In crisissituaties, zoals de massale stroomuitval op het Iberische schiereiland van vorige week, gaan mensen niet met een honkbalknuppel hun buren te lijf. Ze zullen hun eerder een pakje batterijen geven, zelfs als ze tot dan toe nooit een woord met elkaar hebben gewisseld. Waarom blijven we dan toch geloven dat onze natuurlijke reactie hieraan tegenovergesteld is?