Wat betekent het om Belg te zijn?

Le Vif

| Olivier Mouton | 14 oktober 2016

Al zolang België bestaat, wordt er gespeculeerd over het uiteenvallen van het land. De hedendaagse Belg is misschien trots op het surrealisme en het succes van de Rode Duivels. Maar, vraagt het Franstalige blad Le Vif zich af, is dat voldoende om de natie bijeen te houden?

Na de uitschakeling in de kwartfinale van het EK Voetbal hangen er nog maar enkele verschoten Belgische vlaggen voor de ramen. Ongetwijfeld vergeten. Alsof de Belgen zichzelf per ongeluk te hoog hadden ingeschat. De ontgoocheling was groot: België leeft alleen maar bij de overwinning. Alsof de nationale identiteit een eenvoudig marketingvoorwerp was geworden. Of een laatste redmiddel.

De honderden Engelsen die deze zomer, na de overwinning van het Brexit-kamp, stappen hebben ondernomen om zich tot Belg te naturaliseren, zijn het bewijs: je kunt louter uit pragmatisme Belgisch staatsburger (willen) zijn, om een status te beschermen (als Europees ambtenaar, in dit geval), om je baan te behouden. Tijdens het EK hebben ze waarschijnlijk Engeland gesteund. Als ze de Belgische nationaliteit verkrijgen, zullen ze dan tijdens het WK over twee jaar met Belgische vlaggen zwaaien?

‘Het kortstondige en feestelijke patriottisme tijdens het EK was nieuw voor mijn generatie’

Het is tegenwoordig moeilijk te zeggen wat het betekent om Belg te zijn. Temeer omdat het land verzwakt is, beschadigd door het terrorisme, beangstigd door de steeds terugkerende dreiging, gepolariseerd over het multiculturele vraagstuk, verscheurd over de islam, weinig gerustgesteld door zijn instituties, zich ervan bewust dat een nieuwe staatshervorming, oftewel een nieuwe versnippering (van de federale staat ten gunste van gefederaliseerde entiteiten, waarvoor de Vlaamse nationalisten zich beijveren), ophanden is. En temeer omdat, sinds de aanslagen in Parijs, de Belgische nationaliteit in het buitenland niet altijd de meest gewilde is.

Afgestudeerd politicoloog Gregory Sterck (26) heeft meegedaan aan een enquête over de Rode Duivels. Hij houdt openlijk van België en maakt deel uit van het nieuwe patriottisme dat zich manifesteert onder de Franstalige gemeenschap. ‘In België bestaat geen echt nationalistisch gevoel,’ legt hij uit. ‘Het kortstondige en feestelijke patriottisme tijdens het EK was nieuw voor mijn generatie.’

© Evren Atalay / Anadolu Agency / Getty Images
© Evren Atalay / Anadolu Agency / Getty Images

Vanwaar deze plotselinge liefde voor België? De fictieve documentaire Bye Bye Belgium, in 2006 uitgezonden door de RTBF, waarin de scheuring van het land werd aangekondigd, en de langste politieke crisis die België ooit heeft beleefd [zie kader], hebben deze Franstalige generatie getraumatiseerd. ‘We hadden het gevoel dat het tijd werd om ons Belg te voelen,’ zegt Gregory. ‘Onze ouders waren ervan overtuigd dat dit land zou blijven voortbestaan, ondanks de crises. Nu werd het risico van een scheuring voor het eerst serieus genomen. Tegelijkertijd was het een idiote situatie omdat het geen enkel verschil maakte dat we geen regering hadden. De Belgen begonnen zichzelf belachelijk te maken, bijvoorbeeld door het organiseren van een frietrevolutie op het hoogtepunt van de crisis. Veel Fransen gaan lachen als je het over de Belgische cultuur hebt. Voor hen bestaat die niet. Niets is minder waar. Maar Belg zijn is iets ondefinieerbaars. Het betekent dat je je bewust bent van de complexiteit van je land en moeite hebt om precies te zeggen wat je bent…’

Er was een tijd dat men zich liet voorstaan op het gevoel tot een culturele en surrealistische smeltkroes te behoren door middel van een slogan met een nostalgische connotatie: de ‘belgitude’, de ‘Belgisch-heid’. De 76-jarige schrijver Pierre Mertens herinnert zich dat hij de vader was van dit ‘label’, samen met de socioloog Claude Javeau. ‘Men heeft er een heel serieus begrip van gemaakt terwijl het alleen maar een grap was die bij ons opkwam tijdens een gesprek aan het eind van de avond,’ glimlacht hij. De ‘belgitude’ is geïnspireerd door het begrip ‘négritude’, ‘negerheid’, dat is gemunt door de Senegalese dichter, schrijver en president Léopold Sédar Senghor om de gemeenschappelijke waarden van alle Afrikaanse volkeren te beschrijven. Het roept op tot afwijzing van culturele assimilatie. In het Belgische geval roept het op om zich van de Franse buurman te distantiëren.


‘Voor de generaties intellectuelen die ons voorgingen,’ vertelt Pierre Mertens, ‘moest je altijd in ballingschap gaan om te slagen, hetzij naar Parijs, hetzij naar Amsterdam, hetzij naar New York. Onze generatie, die in de oorlog is geboren, had die behoefte niet meer; we konden heel goed hier groot worden.’ De ‘belgitude’, vat de schrijver samen, is het zoeken naar een Belgische specificiteit die wordt gekenmerkt door liefde voor het irreële, door zelfspot en door een open houding tegenover de wereld.

Achteraf gezien betreurt de auteur van Les éblouissements het dat deze ‘belgitude’ van de Belgische identiteit iets absurds heeft gemaakt. ‘Wij kunnen om onszelf lachen, en dat is positief, maar we hebben de zelfspot misbruikt. We zijn een land dat niet genoeg van zichzelf houdt. Het “Belgium bashing” zit bij ons ingebakken.’

De schrijver en historicus Gilles Dal, begin veertig, schrijft met humor en zelfspot over België: ‘Belg zijn in 2016? Die vraag houdt alleen belgicisten bezig, die de eenheid van het land door dik en dun steunen. We gaan er met een reeks clichés prat op Belg te zijn, maar in het dagelijks leven laten we er niks van merken. We hebben iets wanhopigs. Zelfs de toespraak van de koning tijdens de nationale feestdag op 21 juli is altijd een beetje treurig, je hebt met hem te doen. Dit jaar was prins Lorenz tijdens de militaire parade aan het sms’en. Elders was men daar verontwaardigd over. Ons kon het niets schelen. Dat hoort bij onze wat pathetische charme.’ Net als de dreiging die het voortbestaan van België boven het hoofd hangt.

Prins Lorenz tijdens de militaire parade op de Nationale Feestdag van België, 21 juli 2016. – © Sylvain Lefevre / Getty Images
Prins Lorenz tijdens de militaire parade op de Nationale Feestdag van België, 21 juli 2016. – © Sylvain Lefevre / Getty Images

Volgens Gilles Dal lijken de Belgen ‘op een zieke die een fatale diagnose heeft gekregen, maar elke keer weer door het oog van de naald kruipt. Na tien keer ga je denken dat je het eeuwige leven hebt. Je went eraan. Ik weet nog dat al in 1999 werd voorspeld dat we nog maar een jaar of drie te leven zouden hebben vanwege de onafhankelijkheidsaspiraties van Vlaanderen. Maar in werkelijkheid praten we al sinds de geboorte van ons land in 1830 over het einde ervan. Zelfs de koningen zeiden dat het een kunstmatige constructie was. Maar omdat we beseffen hoe kwetsbaar we zijn, hebben we paradoxaal genoeg een streepje voor.’

Natuurlijk is deze nationale kwetsbaarheid koren op de molen van de Vlaamse Beweging, die ernaar blijft streven de navelstreng met België door te knippen. ‘Zoals professor Michael Billig in 1995 schreef, is Belg zijn voor de gemiddelde Vlaming een vorm van “banaal nationalisme”,’ onderstreept politicoloog Bart Meddens, een van de denkers door wie de nationalisten zich laten inspireren. ‘Het zijn de verschoten vlaggen die je hier en daar ziet, het feit dat men zegt Belg te zijn als men naar het buitenland gaat, de postzegels, de identiteitskaart… Dit “banale nationalisme” kan op bepaalde momenten worden geactiveerd, zoals tijdens de wedstrijden van de Rode Duivels. Maar in Vlaanderen wordt het steeds moeilijker om het te activeren.’

Trots

Patrick Weber, auteur van het recent verschenen Histoire de la Belgique, is waarschijnlijk een van de laatste der Belgikanen. ‘Wat mij persoonlijk zorgen baart, is dat degenen die momenteel aan de knoppen zitten er geen belang bij hebben dat België functioneert,’ zegt hij spijtig. ‘Er is aangetoond dat er grenzen zijn, de illusie van een complex systeem waaraan de rest van de wereld een voorbeeld kan nemen is voorbij.’ Maar hij voegt eraan toe: ‘Ik constateer ook dat er een trotse reactie is. Het “Belgium bashing” na de aanslagen in Parijs hangt de bevolking inmiddels de keel uit; de mensen hebben er genoeg van dat er met een beschuldigende vinger naar hun land wordt gewezen. België is waarschijnlijk het enige land ter wereld dat aanspraak kan maken op zijn nationale identiteit zonder nationalistisch te zijn.’

Eigenlijk, resumeert Vincent Laborderie, een Franse politicoloog van de Katholieke Universiteit Leuven, betekent Belg zijn in 2016 dat je een ‘multi-identiteit’ hebt: Belgisch, Vlaams, Waals of Brussels, Luiks, Molenbeeks of Antwerps, Europees… ‘Het is een moderner begrip dan dat van de natiestaat. Vandaag de dag gaan naties op in iets anders. Aan de bovenkant in Europa en aan de onderkant in de regio’s. De manier waarop dit land zijn identiteit ziet is zijn tijd duidelijk vooruit.’

Een fascinerende werkelijkheid dus: een land dat niet weet hoe lang het nog zal bestaan, bevolkt door burgers die niet meer zo goed weten wat het betekent om er de nationaliteit van te bezitten. Maar die toch enthousiast de vlag uithangen bij het geringste sportieve succes. In 2016 ben je misschien alleen maar Belg in een stadion of voor je tv.

Auteur: Olivier Mouton
Vertaler: Peter Bergsma

Le Vif
België | weekblad | oplage 470.000

Franstalig Belgisch nieuwsweekblad, in 1983 opgericht. Geldt als het eerste nieuwsweekblad van Franstalig België en de Franstalige tegenhanger van het Nederlandstalig-Belgische nieuwsweekblad Knack. Beide bladen zijn van de Roularta Media Group, beide redacties zijn in Brussel gevestigd en soms werken ze dan ook samen.

CONTEXT: Een raar land

Omdat het niet bepaald een eenvoudig onderwerp is, en nooit is geweest, heeft het Brusselse weekblad Le Vif begin september een dossier gewijd aan de Belgische identiteit. Drie regio’s (Wallonië, Vlaanderen, Brussel), drie gemeenschappen en even zovele scheidslijnen in een land zonder eigen historische identiteit of veel patriottisch elan. Hoe moet dat verder? Die vraag drong zich acuut op toen de Vlaams-nationalistische partij N-VA in 2010 de verkiezingen won met 17,4 procent van de stemmen. De andere politieke partijen konden onmogelijk een coalitie vormen met een partij die de onafhankelijkheid van Vlaanderen voorstond, en daarmee het einde van België: de onderhandelingen duurden anderhalf jaar – een record – en eindigden met een zeer grote alliantie om de N-VA buitenspel te zetten. Na de verkiezingen van 2014 veranderde de situatie: de Franstalige liberalen sloten een akkoord met de NV-A om samen te regeren, waarbij voorrang werd gegeven aan economische maatregelen en de communautaire kwesties op de lange baan werden geschoven. De eenheid van het land is dus weer even veiliggesteld.

Dit artikel van Olivier Mouton verscheen eerder in Le Vif.
Recent verschenen